Willow, Kort en krachtig! Net als deze recensie

Hoewel voor de meeste studenten de blok pas over een week begint, worden de studenten musicologie, zoals de traditie dat wil, nu al overstelpt met praktijkexamens. Neem daarbij nog een aantal deadlines en presentaties en jullie begrijpen ongetwijfeld waarom ik eerder beknopt ben gebleven in mijn beschrijving van het Slotuur KULtuur. Toch wou ik u, de trouwe lezer van deze blog, een impressie van het laatste uur KULtuur van het jaar niet besparen.

In een periode die gedomineerd wordt door sportmetaforen en playoffverwijzingen is het een binnenkopper om het concert van Willow in het Depot als een thuismatch te bestempelen. Maar als je als band zo kan profiteren van het thuispubliek, is die verwijzing volledig gerechtvaardigd.

Al vier jaar staat de publieksprijs van Humo’s Rock Rally te blinken in het repetitiekot van Willow. Sindsdien is het vijftal even onlosmakelijk met het Depot verbonden als Yevgueni en Discobar Galaxie. Geen wonder dus dat het studentenpubliek, ondanks de nakende dreiging van “de blok”, toch in groten getale was opgedaagd. Op M83-esque wijze betraden Pieter-Jan Van Den Troost en zijn kompanen het podium. De dreunende synthesizers en barokke gitaarriffs maakten meteen duidelijk dat Willow met hun nieuwe plaat Plastic Heaven radicaal de elektronische kaart getrokken heeft. Stop The Human League in een blender met de hakkelige beats van Flosstradamus en je krijgt pareltjes als Plastic Heaven, Remedy of Danger (dat in het Depot dan weer verrassend Stromaeaans klonk). Zoveel energie in de concertzaal! En de hyperkinetische studenten maar dansen! Het nieuwe werk werd afgewisseld met hits van hun debuut “We the Young”. Van het handengeklap bij Sweater tot het magistrale meezingmoment in Weeping Giants, Willow liet het publiek genieten. Technische mankementen konden het publiek niet deren en de straalbezopen hecklers brachten de band dan weer niet van de wijs. Was dit voetbal, de drie punten waren binnen.

Met pijn in het hart moet ik jullie meedelen dat het Club KULtuur jaar erop zit. Tijd om achter de boeken te kruipen, thesissen af te werken en (ongetwijfeld) stuk voor stuk geweldige examens af te leggen. Veel succes!

TIPS: Vier tips in een dun bezaaide cultuuragenda

Met april zijn we al aan de voorlaatste maand van het academiejaar aanbeland. De universitaire ensembles ronden hun werkingsjaar af, de studenten van het Lemmensinstituut oefenen liever voor hun eindexamen dan voor een volgend concert en, on top of that zorgt de paasvakantie ervoor dat er twee weken lang bedroevend weinig op de cultuuragenda staat. Gelukkig heeft wat intensief speurwerk toch nog vier uitstekende uitstappen opgeleverd, al zal je vaak op de organisatoren moeten vertrouwen, want de informatie was deze maand zeer beperkt.

Op woensdag 1, en vrijdag drie april brengt het Universitair Harmonieorkest Compose. Het jaarlijkse aulaconcert van het UHO zorgde dit jaar voor een enorme publiciteitsstunt  toen bekend raakte dat niemand minder dan Lucas van den Eynde voor de presentatie zou zorgen. Over de muziek zelf is het UHO nog raadselachtig. Noch op hun posters, noch op de website wordt met een woord gerept over het programma, en ook in het facebookevenement worden slechts twee werken kort aangekaart. Toch belooft het ongetwijfeld weer een schitterend concert te worden. Het concert van woensdag is al uitverkocht (geen aprilgrap jammer genoeg) maar voor het concert van vrijdag kan je nog kaarten bestellen via deze link. Tickets kosten vijf euro voor studenten met een cultuurkaart.

Tussen de twee concerten van het UHO door is het de beurt aan de studenten van het Lemmensinstituut. Zij brengen op donderdag twee april Elektro. Hoewel er over het exacte programma nog niets gezegd is, omschrijft Uit In Vlaanderen het concert als: “Virtuoze muziek voor akoestische instrumenten en elektronica”. Bijgestaan door ingenieurs van het centre Henri Pousseur, één van dé gezaghebbende instanties voor elektronische kunstmuziek, belooft het concert zeer interessant te worden. Laat je verrassen door de 20ste– en 21ste eeuwse elektronische kunstmuziek. Tickets kosten amper zes euro voor studenten met een cultuurkaart.

Na twee weken rust of, voor de arme masterstudenten, twee weken intensief thesissen, staat van 23 tot 25 april ESOF op het programma. Het European Student Orchestra Festival strijkt dan neer in Leuven. Zeven studentenorkesten uit zes Europese landen zullen gedurende drie dagen het beste van zichzelf geven in Aula Pieter de Somer. Ons eigenste USO mag op donderdag de spits afbijten en in de daaropvolgende dagen zullen de buitenlandse orkesten hen aflossen. Mocht je nog niet overtuigd zijn, weet dan dit. Alle concerten zijn volledig gratis en reservatie is niet nodig, al wat je moet doen is op tijd naar de aula afzakken.

Heb je toch nog wat geld op overschot, dan kan je het gebruiken om een ander internationaal gezelschap te aanschouwen. De Metropolitan Opera van New York mag dan niet fysiek aanwezig zijn in Leuven, maar dankzij Kinepolis kan je het beroemdste Amerikaanse operagezelschap wel live! aan het werk zien. Ze brengen op zaterdag 25 april Cavalleria Rusticana en Pagliacci door respectievelijk Pietro Mascagni en Ruggero Leoncavallo. Tickets kosten weliswaar 22.50 euro maar dat is nog altijd geen geld om The Met live te aanschouwen.

Osby & Postma VS Plaistow, K.O. in ronde 2 // 19 maart 2015

Het Leuvense cultuurlandschap lag de voorbije week dik bezaaid met geweldige activiteiten. Enerzijds was er natuurlijk het concert van Jodie Devos op woensdag maar daarnaast ging ook de derde editie van Leuven Jazz door. Op deze derde editie had de organisatie gezorgd voor een multimediaal festival dat niet alleen concerten, maar ook films, platenbeurzen, en zelfs een Jazzkroegentocht omvatte. Maar het draait natuurlijk in de eerste plaats om de muziek. Naast Jef Neve, Aaron Parks en Dorian Concept stonden op donderdag eerst Tineke Postma en Greg Osby, en daarna hun Zwitserse collega’s van Plaistow op het podium van de 30cc/Schouwburg. Beide bands wisten het publiek enorm te verrassen, jammer genoeg was dat niet bij allebei in positieve zin op te vatten.

tinekepostmagregosbybis2Het was aan Postma en Osby om de spits af te bijten. De jonge Nederlandse en de Amerikaanse jazzveteraan kwamen op Leuven Jazz hun laatste CD-project Sonic Halo voorstellen. Een album bestaande uit alleen maar eigen composities van Postma enerzijds en Osby anderzijds, en het verschil hoorde je. Tijdens het concert ging de energieke stijl van Osby gestoeld op de Amerikaanse free jazz, maar met duidelijk bop-invloeden in contrast met de lyrische, Europese stijl van Postma. Beide musici namen het voortouw in hun eigen composities maar werden daarbij steeds ondersteund door hun wederhelft en, ik zou ze bijna vergeten, het geweldige ensemble. Greg Osby en Tineke Postma waren dan wel als blikvangers naar voren geschoven, maar het overige trio moest allesbehalve onderdoen voor de twee saxofonisten. Adam Aruda imponeerde met de meest virtuoze jazzritmes aan de drums, Christian Li overdonderde mij met zijn improvisaties aan de piano, en de amper achttienjarige! Daryl Johns die het beste van zichzelf gaf op contrabas. Zei ik al dat hij maar ACHTTIEN is! Het ensemble verraste keer op keer met verfrissende composities en Osby’s energetische stijl maakte het vaak wel zeer moeilijk om in de, nochtans geweldig aangename, rode schouwburgzetels te blijven zitten. Na iets meer dan een uur muziek zat het concert er, veel te snel, op. Deze jazzleek hadden ze alvast overtuigd. Het was hoopvol uitkijken naar Plaistow.

Plaistow_Crew_phot_1612628gPlaistow slaagde erin om in vijf minuten alle vooroordelen over jazz onderuit te halen. Wie jazz denkt, denkt aan rokerige bruine kroegen waar een ensemble de ziel uit hun lijf staan te spelen. Bij jazz denk je niet aan drie überblanke Zwitsers die zich baseren op de minimalistische muziek van Steve Reich en Philip Glass. Dit kon interessant worden. Helaas lag de nadruk te veel op het kunnen, en niet op het daadwerkelijk realiseren van iets interessant. Het trio paste de elementen uit de muziek van hun minimalistische voorbeelden met wetenschappelijke precisie toe. Hun set klonk dan ook eenvoudig, repetitief, luid en vooral emotieloos. Tot zover (op zich) geen probleem want zo hoort minimalistische muziek nu eenmaal te klinken. Jammer genoeg dreven de Zwitsers die chirurgische precisie iets te ver door (clichébevestigend ik weet het) en vergaten ze daarbij hun eigen inbreng in de muziek. Daarenboven ontbrak het in Plaistows muziek aan enige vorm van ontwikkeling, iets waar hun grote voorbeelden juist zo goed in waren. Al snel werd de muziek zo voorspelbaar dat het grootste amusement gehaald werd uit het raden (al was er weinig raden aan) wanneer drummer Cyril Bondi zou invallen. De rest van het publiek moest duidelijk ook weinig weten van Plaistows post-jazz muziek. Na een tiental minuten begonnen her en der aanwezigen de zaal te verlaten en ongeveer halverwege het concert hielde de eerste drie rijen het ook voor bekeken. Plaistow eindigde met een halflege zaal en een beleefdheidsapplaus. Osby & Postma VS Plaistow, 1 – 0.

Jodie Devos, goed gearrangeerd// 18 maart 2015

Wie bij de naam Devos eerst Lemmens denkt en al wegdroomt van de eerste barbecues van het jaar is op deze blog waarschijnlijk niet aan het juiste adres. Bij Devos denk je aan Jodie Devos, de Belgische sopraan en laureate  van de Koningin Elisabethwedstrijd voor zang uit 2014. Zij gaf op het jongeren-laureatenconcert van de Leuvense Elisabethiade het beste van zichzelf, geruggesteund door studenten van het conservatorium van Bergen (Arts2).

Samen met het ensemble werkte Devos een enorm gevarieerd programma af, bestaande uit niet minder dan tien arrangementen door Jean-Philippe Collard-Neven. Of toch niet helemaal, voor het openingswerk van de avond, Johnny & Calypso, twee liederen uit de Cabaret Songs van Benjamin Britten werd de sopraan enkel bijgestaan door Collard-Neven aan de piano. Het luchtige werk was een aangename opener en Devos excelleerde door haar inlevingsvermogen, maar het was toch nog even wachten tot de zangeres al haar troeven kon uitspelen. Gelukkig moesten we daar als publiek niet te lang op wachten. Na het matige Gretchen am Spinnrade zorgde Devos’ uitvoering van Oú va la jeune hindoue uit Léo Delibes’ opera Lakmé voor een eerste hoogtepunt van de avond. Het broze klokkenspel en de daarop volgende Oosterse melodieën pasten perfect bij het timbre van Devos’ stem. Het zorgde voor het onbetwistbare hoogtepunt van de avond.

De twee daarop volgende werken, delen uit vroeg romantische opera’s van Vincenzo Bellini en Gaetano Donizetti, waren beiden minder uitgesproken, en ik was meer aan het nagenieten van de schitterende Délibes. Zeker O quante volte had vaak een te terughoudend karakter waardoor zowel het ensemble als Jodie Devos niet echt de kans kregen om te schitteren. Ondanks een gelijkaardige terughoudendheid in Il dolce suono uit Gaetano Donizetti’s opera Lucia di Lammermoor bleek dit nu geen probleem te zijn. Door de intrinsieke traagheid van het werk leek het amper drie minuten durende Il dolce suono eindeloos, maar het publiek hing aan Devos’ lippen.

Tijdens Blanche, een eigen compositie van pianist Collard-Neven, kreeg de zangeres een welverdiende pauze. Tijd voor de studenten om hun kunsten te etaleren dus. In het zeer programmatische werk, dat bijna neigde naar filmmuziek, gaven de tien musici het beste van zichzelf. Blanche was nu niet meteen een meesterwerk, maar dat maakte het niet minder aangenaam. De lijn van de luchtigere werken werd aan het einde van het concert nog verder doorgezet wanneer afgesloten werd met twee arrangementen van werken van jazzlegende Nina Simone. Celliste Helena Svigelj had er duidelijk zin in, en haar enthousiasme werkte enorm aanstekelijk. De aanwezigen, mezelf inclusief, genoten zienderogen van dit streepje “lichte muziek”. Vooral Feeling Good was door Collard-Neven uniek getoonzet. Door de vele modernistische speeltechnieken kreeg het werk bij momenten een bijna avantgardistisch sfeertje, tot Jodie Devos haar majestueuze stem nog een laatste keer mocht laten weerklinken. De variatie tussen serieuze, lyrische aria’s en het lichtere repertoire zorgden voor een aangenaam en goed gebalanceerd programma. Jodie Devos, die als rode draad van het concert fungeerde, maakte er een geweldige uitvoering van. Niets dan lof over dit geweldige concert.

TIPS: Vijf tips om het gure lenteweer te overleven

Iedereen is vertrouwd met de “maartse buien”. Het is nog te koud om al in het stadspark rond te hangen, je kan jezelf wel voor de kop slaan dat je nog altijd geen paraplu gekocht hebt en ’s ochtends weet je nooit of je dikke, dan wel een dunne trui moet aandoen. Gelukkig biedt het Leuvens cultuurlandschap een geweldig alternatief. Dankzij een goedgevulde cultuuragenda zit je namelijk gezellig binnen en kom je zo weinig mogelijk in aanraking met deze afgrijselijke meteorologische fenomenen.

Op elf maart staat het jaarlijkse Musicologicaconcert op het programma. Om alle criticasters voor te zijn, neen ik ben niet moreel verplicht om dit concert in mijn tips op te nemen. Met hun concert bewijzen de studenten musicologie namelijk al vijftien jaar dat ze muziek niet alleen theoretisch kunnen benaderen, ze zijn ook stuk voor stuk zeer begaafde uitvoerders. De studenten brengen dit jaar een zeer gevarieerd programma met een uitvoering van Knee 1 uit Philip Glass’ minimalistische opera Einstein on the Beach door het musicologicakoor als een van mijn persoonlijke favorieten. Tickets kunnen gereserveerd worden via deze link en kosten vijf euro voor studenten met een cultuurkaart.

Woensdag achttien maart zakt de beroemde Belgische sopraan Jodie Devos af naar de aula Maria-Theresia voor het Jongeren-Laureatenconcert van de Leuvense Elisabethiade. Devos werd vorig jaar tweede laureate op de Koningin Elisabethwedstrijd voor zang. In Leuven zal ze verschillende arrangementen ten gehore brengen begeleid door studenten van het conservatorium van Bergen. Tickets kunnen gereserveerd worden via deze link en zijn gratis voor personen jonger dan 26 jaar, anders kosten ze tien euro.

Van 18 tot 22 maart leeft Leuven weer op een jazzy beat, of dat is toch wat de organisatoren van Leuven Jazz ons zeggen. Voor de derde keer palmt het Leuvense Jazzfestival de binnenstad in met concerten, expo’s, films en nog veel meer interessante “side projects” op diverse locaties in Leuven. Naast de vele headliners, met onder andere Jef Neve, Aaron Parks Quartet en Greg Osby & Tineke Postma zal er dus nog voldoende te beleven zijn voor de Leuvense Jazzliefhebber. Een groot deel van de concerten is gratis en voor een overzicht van de betalende concerten neem je best een kijkje op leuvenjazz.be

Ook de universitaire ensembles geven in het tweede semester weer het beste van zichzelf. Het USO mag daarbij de spits afbijten. Op donderdag 26 maart brengen zij in hun jaarlijkse lenteconcerten twee werken van Frans componist Paul Dukas evenals Strauss Vier letzte Lieder en Rimsky-Korsakovs Sjeherazade. Het concert gaat door in de aula Pieter de Somer. Om tickets te bestellen hou je best de website van het USO in de gaten.

Tot slot komt op 31 maart gerenommeerd componist Wim Mertens naar Leuven. Mertens, die bij leken vooral bekend is als “die van de Proximusreclame”  zal er in het kader van het “Memory Lane” project van STUK enkele van zijn werken uitvoeren. Hoewel er over het programma nog weinig geweten is, zal dit concert met een van de populairste Belgische componisten zeker en vast de moeite waard zijn. Tickets kosten achttien euro in voorverkoop en kunnen besteld worden op de site van STUK.

Met deze tips is je agenda in maart weer doorspekt met geweldige concerten en kom je het gure maartweer zonder twijfel door.

Man spricht heut nur noch von Clivia // 13 december 2014

Nu de temperaturen al eens onder nul durven zakken en de eerste sneeuw in de Hoge Venen een feit is probeert men op alle mogelijke manieren warm te blijven. Ondanks de aanlokkelijke bekers glühwein op de Leuvense kerstmarkt besloot ik de warmte te gaan opzoeken in de 30CC/Schouwburg tijdens de operette Clivia.

Door andere verplichtingen was ik genoodzaakt om de namiddagvoorstelling te bezoeken. Mijn eerdere ervaring met voorstellingen in de namiddag heeft me geleerd dat de acteurs dan meestal voor een handvol mensen spelen en ik was dus voorbereid op een quasi lege zaal. Mijn verbazing was echter groot toen ik een stampvolle Leuvense schouwburg binnenwandelde. Met twee cactussen aan elke kant van het podium werd de setting al duidelijk nog voor het doek openging en eens dat gebeurde waanden de aanwezigen zich onmiddellijk in de (fictieve) Zuid-Amerikaanse staat Boliguay, waar Dostals werk zich afspeelt. Een pluim voor de artistieke leiding van Axel Everaert. Ik had duidelijk de juiste keuze gemaakt om warm te blijven.

Zoals het een operette betaamt begon ze met een overweldigende ensemblezang. Hier werd al meteen duidelijk dat de Zuid-Amerikaanse setting niet tot enkel het decor beperkt zou blijven. In Dostals muziek zorgden castagnetten voor een typische zuiderse toets en de veel gebruikte tangoritmes maakten het enorm moeilijk om tijdens de operette de benen stil te houden. In deze eerste scene werd meteen de draak gestoken met de Hollywoodcultuur van de jaren ’30. Na het ensemble stelden componist Dostal en Librettist Amberg ons de verschillende personages voor. De bezitterige magnaat Potterton, de eenzame gaucho Juan en uiteraard steractrice Clivia Gray. Stuk voor stuk waren ze grappiger dan hun tegenhangers op het witte doek in Kinepolis enkele honderden meters verderop.

Dankzij hun degelijke acteerprestaties en geweldige gezangen wist het Brussels operette theater mij in de eerste akte enorm te overtuigen. De acteurs gaven met glans karakter aan hun personages zonder daarbij over the top te gaan acteren. Zeker Emils Kivlenieks wist mij in zijn rol als Lelio Down enorm te entertainen en ook Niels Badenhop werkte zich als Kasulke moeiteloos op tot publiekslieveling. Tijdens de pauze keek ik dan ook vol verwachting uit naar de volgende twee aktes.

Na de pauze was de sfeer van de operette drastisch omgeslagen. De filmcrew, die ondertussen Boliguay binnen geraakt was, begaf zich onder de BCBG van de Bolugayse bevolking. De muziek werd serieuzer en bereikte een hoogtepunt tijdens de aria van Clivia. An de Ridder vertolkte het beklijvende Ich bin Verliebt meesterlijk en zorgde mede dankzij deze aria voor een enorm emotionele derde akt. De amoureuze verhouding tussen de steractrice en de Boliguayse president kreeg zo dat extra tikkeltje geloofwaardigheid. Toch draaiden de laatste twee aktes niet enkel om de liefdesperikelen van de hoofpersonages. Op een meesterlijke wijze heeft Dostal de emotionele stukken afgewisseld met meer humoristische gezangen zoals Schon die alten Chinesen. De acteurs slaagden er keer op keer in om ondanks de emotionele geladenheid van de tweede en de derde akte, toch het humoristische aspect niet uit het oog te verliezen.

Uiteraard waren er ook enkele puntjes van kritiek. Zo overstemde het orkest sommige zangers en stond er een stevige portie haar op het Duits van sommige van de acteurs. Deze minpunten wegen echter niet op tegen alle vooraf aangehaalde positieve punten. Het Brussels operettetheater zorgde voor een zeer aangename uitvoering. Ze verdienen dan ook zonder twijfel deze “Fabelhaften Reportage”.

TIPS: Zeven concerten aan het eind van 2014

Nu de examens voor de deur staan en de belangrijke deadlines plots wel heel dichtbij komen, is het stilaan tijd om afscheid te nemen van de buitenwereld en ons op te sluiten achter bureaus en in bibliotheken. Voor de blok binnenkort in al haar hevigheid losbarst, zijn er echter nog drie weken waarin er nog enorm veel op poten staat in de Leuvense cultuurhuizen. Vergeet dus nog even die gevreesde weken na de kerstperiode en zorg dat je voor de volgende concerten tijd vindt in je planning.

UHO, Arenbergorkest en LUK

Het LUK gaf eerder dit jaar al het beste van zichzelf op Thousand Voices for Piece en het daarop voorafgaande dubbelconcert met het SKA. Op dinsdag 16 december kan je het Leuvens Universitair Koor opnieuw aan het werk zien op hun Kerstconcert A Boy was Born, waar ze werken zullen brengen van onder andere Mendelssohn en Poulenc. Afspraak om 20.30 in de Sint-Jan-de-Doperkerk. Tickets voor studenten met een cultuurkaart kosten in voorverkoop slechts vier euro.

Ook het Arenbergorkest organiseert in december hun Kerstconcert. In A Midwinter’s Nightmare zal het orkest enerzijds klassieke pareltjes zoals Danse Macabre, het bekende werk van Saint-Saëns, maar ook filmmuziek uit bijvoorbeeld Snow White and The Huntsman of Tim Burtons The Nightmare Before Christmas brengen. Je krijgt twee kansen om het concert mee te pikken, namelijk op zeven en negen december. Ook deze tickets zijn voor studenten met een cultuurkaart vier euro.

Net als voor het LUK is de Sint-Jan-de-Doperkerk ook voor het UHO de locatie van hun najaarsconcert. Op vier december vindt het benefietconcert StapsgeWIJS, ten voordele van het Vertrouwenscentrum Kindermishandeling Vlaams-Brabant plaats. Tickets zijn te verkrijgen via kaarten@uho.be en voor studenten kost een kaartje vijf euro.

Liebrecht Vanbeckevoort

In oktober eerde Boris Giltburg, winnaar van de Koningin Elisabethwedstrijd voor piano, Leuven al met een bezoek. In december is het de beurt aan een finalist van eigen bodem. Op twee december komt Liebrecht Vanbeckevoort samen met het orkest Casco ‘Phil’ naar onze studentenstad om er twee werken van Ludwig van Beethoven uit te voeren. In het kader van Vanbeckevoorts project om alle pianoconcerti van Beethoven uit te voeren, zal in de eerste plaats het vijfde pianoconcerto ten gehore gebracht worden. Daarna brengt Casco ‘Phil’ de derde symfonie, beter bekend als de Eroicasymfonie. Dankzij de last minute deals van 30cc kunnen studenten met een cultuurkaart voor acht euro van dit concert komen genieten.

Clivia

Nico Dostal mag misschien niet meteen een tot de verbeelding sprekende componist zijn, maar met zijn operette Clivia gaf Dostal wel zijn eigen kritische kijk op het pompeuze karakter van de toenmalige Hollywoodcultuur. Typisch voor deze operette zijn de karikaturale personages en de vaak zeer cabareteske muziek. Deze humoristische elementen weet Dostal op een sublieme manier te verweven met dramatische koorwerken en de relatief serieuze thematiek. Het Brussels Operette Theater komt op zaterdag dertien december naar de schouwburg in Leuven, waar Ann De Ridder de rol van Clivia op zich zal nemen. Tickets kosten minstens veertien en maximum twintig euro maar ook hier kan je als cultuurkaarthouder gebruik maken van de last minute deals.

Vlaams Radio Koor

Mocht je na het LUK-concert nog steeds niet genoeg gekregen hebben van vocale muziek, dan komt ook het Vlaams Radio Koor op 21 december naar Leuven. Net als het LUK hebben ook zij met Dreaming of a White Christmas een Kerstprogramma opgesteld. Daarin zullen ze enerzijds enkele van de Vespers van Sergei Rachmaninov uitvoeren maar daarnaast ook verschillende Amerikaanse traditionele kerstliederen. Denk Bing Crosby en Frank Sinatra maar dan in een volledige koorzetting. Zo vlak voor de kerstdagen hoeft het niet altijd even zwaarwichtig te zijn. Het Vlaams Radio Koor brengt dit programma in Abdij Vlierbeek en kost voor studenten (-26) twaalf euro.

Na deze zeven concerten zitten mijn aanraders voor 2014 erop. Treur echter niet, in januari zullen opnieuw de beste uitvoeringen voor jullie samengebracht worden. Loop dus nu al naar de Acco en zorg dat je tegen dan een nieuwe agenda aangeschaft hebt.

LUK en USO uit de startblokken // 5 & 6 november 2014

Op woensdag vijf november begonnen twee van de universitaire ensembles aan hun concertjaar op Belgische bodem. Niet alleen het Universitair Symfonisch Orkest, maar ook het Leuvens Universitair Koor hadden dan een concert ingepland. Gelukkig voor deze recensent deed het USO hun concert op zes november nog eens over en kon ik dus zonder overlappingen op woensdag afzakken naar de grote aula van het Maria-Theresia College voor het concert van het LUK.

In het kader van het project 1000 voices for peace had het LUK hun collega’s uit Amsterdam uitgenodigd. Een zeldzame samenwerking waarvan je zou verwachten dat ze wel wat volk trekt. Jammer genoeg was de grote aula bedroevend leeg. Desondanks opende het LUK met hun nieuwe dirigent Koen Vits vol enthousiasme het concert. Om de België-Nederlandrivaliteit te bewaren was het deel voor de pauze voorbehouden voor de Leuvenaars terwijl na de pauze voornamelijk het Studentenkoor Amsterdam aan bod kwam. Het LUK, dat duidelijk in de meerderheid was vergastte ons op een gevarieerd programma. Hoogtepunten waren Beati Quorum Via van Sir Charles Villiers Stanford, waarbij een muzikaal spel tussen de mannelijke en de vrouwelijke helft van het koor gespeeld werd, en het Ave Maria van Anton Bruckner. Early one Morning bleek een aangename afwisseling na het zwaardere programma en kwam op het perfecte moment, net voor de twee stevige werken van Mendelssohn. Petje af voor debutant Vits die bij zijn zangers, zeker op dynamisch vlak, het onderste uit de kan wist te halen.

Na de pauze was het de beurt aan het SKA. Hoewel de Nederlanders in de minderheid waren moesten ze zeker niet onderdoen voor het LUK. Met verve walsten ze door hun repertoire dat rangeerde van meesterlijke klassiekers zoals Richte Mich, Gott van Felix Mendelssohn tot moderne toppers zoals Go, Lovely Rose van Eric Whitacre. Afsluiten deed het SKA met twee Negrospirituals. Zeer amusant, dat zeker, maar na het stevigere repertoire dat het koor daarvoor gebracht had, wist het publiek duidelijk niet goed of ze nu ook zelf mee mochten swingen. Gelukkig staken de leden van het LUK een handje bij om de aanwezigen mee te krijgen. Het was een mooie voorbode voor de laatste twee werken van de avond. Daarbij verbroederden het LUK en het SKA pas volledig en brachten ze Notre Père van Duruflé en An Irish Blessing met de twee koren samen. Afzonderlijk waren ze al geweldig, maar de verbroedering bracht het beste in beide koren naar voren.

De volgende dag was het de beurt aan het Universitair Symfonisch Orkest. Ook zij hadden een vriendje uitgenodigd, maar daarover verder meer. Met de ouverture uit La Forza del Destino opende het USO de avond. Een relatief veilige keuze om de avond mee te beginnen maar daarom niet minder wervelend uitgevoerd. Daarna volgde het Hoornconcerto van Richard Strauss. Met een redelijke dosis humor stelde de presentator (die trouwens heel het concert zeer professioneel aan elkaar gepraat heeft) de solist, Anthony Devriendt voor. De eerste hoornist van het Nationaal orkest van België startte zijn solodeel echter niet volledig oplettend en miste zich al in de allereerste drieklank. Gelukkig stond Devriendt stevig in zijn schoenen en herpakte hij zich daarna. Zowel het USO als de solist groeiden in het stuk en sloten het eerste deel geweldig af.

Na de pauze stond de tweede symfonie van Johannes Brahms nog op het programma. Brahms mag dan niet meteen mijn favoriete componist zijn (understatement van de eeuw), toch wist het USO mij danig te entertainen. Zeker vanaf het derde deel, waarin Brahms begint de spelen met de metriek had het orkest mijn aandacht gegrepen om ze niet meer los te laten tot na het bisnummer Pomp and Circumstance.

Beide universitaire ensembles zijn sterk aan hun concertjaar begonnen en hopelijk kunnen ze dit niveau de rest van het jaar aanhouden. Ook de andere universitaire ensembles kan je binnenkort in actie zien. De eerste kans krijg je op zestien november wanneer het UHO de finalewerken voor compositiewedstrijd VLAMO brengt.

Zwarte engelen en hemelse uitvoerders // 16 oktober 2014

quartet-lab

quartet-lab

Op donderdag zestien oktober stond met het alom geprezen quartet-lab het meest gehypet concert van het Festival van Vlaanderen op het programma. Reeds wekenlang sierden de profielfoto’s van Pekka Kuusisto, Patricia Kopatchinskaja, Lilli Maijala en Pieter Wispelwey het Leuvense straatbeeld. De PR-strategie van het festival had duidelijk zijn vruchten afgeworpen want het concert kende een ongeziene opkomst, die zelfs het ensemble Oxalys in 2012 voor Das lied vond der Erde niet gerealiseerd kreeg. Ik had dan ook torenhoge verwachtingen toen ik donderdagavond in het centraal auditorium van Gasthuisberg plaatsnam.

Het concert werd opgevat als een muzikale reis door de tijd, waarbij geopend werd met het Strijkkwartet nr. 4, opus 18 van Ludwig Van Beethoven. De keuze voor het vierde strijkkwartet is enigszins vreemd te noemen. Het werk past enerzijds niet echt in de filosofie van het festival, dat focust op werken uit de twintigste eeuw, maar is daarnaast ook één van Beethovens minder bekende werken. Hoewel dit werk voor de “overwegend conservatieve luisteraars” (zoals mijn collega van Klassiek Centraal het verwoordde) ongetwijfeld een aangename opener van de avond zal geweest zijn, was het voor ondergetekende eerder een noodzakelijke aanloop naar het échte werk. Zeker aangezien eerste violiste Kopatchinskaja, die nochtans de hemel ingeprezen wordt door de internationale muziekpers, niet altijd even zuiver haar partij afwerkte.

Gelukkig werd de ietwat valse start snel vergeten. De Three Madrigals van Tsjechisch componist Bohuslav Martinů werden gespeeld door het Finse duo Kuusisto/Maijala en vormden een eerste orgelpunt van de avond. Op de uitvoering van beide musici viel weinig tot niets aan te merken. Het Poco allegro werd met een ongelofelijke virtuositeit en aan een verschroeiend tempo afgewerkt wat de luisteraars met open mond deed nadenken over wat er ons in het Allegro nog te wachten stond. Toch was het vooral de aanstekelijkheid van violist Pekka Kuusisto en de chemie tussen beide uitvoerders die ervoor zorgde dat de toeschouwers een memorabele uitvoering van het werk van Martinů te horen kregen. Onder daverend applaus verlieten beide Finnen het podium om zich voor te bereiden op het slotwerk van de avond.

Voor het echter zo ver was, kregen we na de pauze eerst nog de andere helft van het kwartet te horen. Pieter Wispelwey, die eerder al voor het openingsconcert naar Leuven afgezakt was, bracht samen met Patricia Kopatchinskaja de Sonate voor viool en cello van Maurice Ravel. Een mooi voorproefje voor het slotconcert met deFilharmonie waar de Bolero en La Valse van dezelfde componist gebracht zullen worden. De Sonate voor viool en cello was de twee strijkers op het lijf geschreven, aangezien ze beiden voornamelijk als solisten bekend zijn. In het Allegro krijgen de twee uitvoerders namelijk twee zeer uiteenlopende partijen en lijken ze vaak eerder naast elkaar, dan wel met elkaar te spelen. In de daaropvolgende delen: Très Vif, Lent en Vif, avec entrain groeien de twee steeds dichter naar elkaar toe, waardoor Wispelwey en Kopatchinskaja als volwaardig duo het stuk afwerkten. De meer ingetogen speelstijl van de Moldavische kwam het werk ook ten goede. Door haar passionele bewegingen binnen de perken te houden, kregen we een veel zuiverdere uitvoering te horen. De missers bij Beethoven waren bij deze vergeten en vergeven.

Het hoogtepunt van de avond kwam er met Black Angels van de Amerikaan George Crumb. De avant-gardecomponist staat bekend om zijn onorthodoxe benadering van het concept “strijkkwartet” en ook in dit werk werd quartet-lab uit de klassieke opstelling met twee violen, een altviool en een cello gehaald. De twee gongs en tafels met gevulde wijnglazen, die al heel het concert als voorbode op het podium stonden, werden tijdens Black Angels ingezet naast de vier strijkers. Niet alleen de uitbereiding van het instrumentarium van het kwartet, maar ook de verschillende speeltechnieken die het viertal hanteerde, hulden het centraal auditorium in een mysterieuze en zelfs lugubere sfeer. Het contrast met de impressionistische Ravel kon haast niet groter zijn. De uitvoering zelf was tevens van een ongeziene kwaliteit. Vooral Pekka Kuusisto leefde zich volledig in wanneer hij onheilspellend mocht beginnen tellen. Het kippenvel stond meermaals op mijn armen wanneer de uitvoerders met hun gevulde wijnglazen etherische klanken de aula instuurden en het kwartet toonde dat het niet alleen met hun eigen instrument maar ook met de vele uitstapjes geen enkel probleem had. De vier uitvoerders waren met dit werk hun status als solist verloren en toonden dat ze met z’n vieren een geweldig kwartet hebben opgericht. Ik hoop dat we hen in de toekomst nog dikwijls in de Belgische concertzalen mogen verwachten.

Tips van de week! // Vijf tips aan het begin van het academiejaar

Dat de eerste week een drukte van jewelste is hoef ik jullie niet te vertellen. Eerstejaars worden om de oren geslagen met afkortingen, studiepunten en stadsplannen terwijl ouderejaars vaak op vijftien vergaderingen tegelijk moeten zijn. Gelukkig is die heisa nu achter de rug en is er tijd voor andere dingen, zoals concertjes meepikken.

Novecento
In oktober is Novecento de grote slokop in de Leuvense cultuurkalender. Deze concertreeks van het Festival van Vlaanderen voorziet gedurende de hele maand zeven concerten met nationale en internationale topuitvoerders. Hoewel de focus bij Novecento op werken uit de twintigste eeuw ligt, durft de organisatie al wel eens buiten de lijntjes te kleuren. Het openingsconcert hebben jullie weliswaar al gemist maar laat dat u vooral niet tegenhouden om de overige zes concerten mee te pikken. Zit je nu al wat krap bij kas en kan je maar één concert bijwonen, laat het dan dat op 16 oktober zijn. Dan brengt het befaamde quartet-lab werken van Beethoven, Bohuslav, Ravel en Crumb. Houders van een cultuurkaart kunnen dit alom geprezen strijkkwartet komen bezichtigen in het centraal auditorium Gasthuisberg voor slechts elf euro. Wil je alle concerten meepikken dan krijg je met je cultuurkaart niet minder dan 60% korting op een NOVECENTOpas.

LUCA Barokorkest
Op concerten van de universitaire ensembles is het uiteraard nog even wachten, maar op zondag 5 oktober kan u wel al naar de studenten van het Lemmensinstituut komen luisteren. Het Barokorkest van de LUCA school of arts, onder leiding van Makoto Akatsu brengt u dan een concert met als hoogtepunt een unieke compositie van C.P.E. Bach waarbij de fortepiano en de klavecimbel elk in de spotlight komen te staan. Het concert mag dan wel op zondagmiddag zijn maar tegen dan ben je dat pendelen toch al zo beu dat je graag een weekend in Leuven blijft. Cultuurkaarthouders mogen voor negen euro naar binnen.

Nightfall
Wie dacht dat alleen popartiesten op tournee gaan wanneer ze een nieuw album uitbrengen, slaat de bal volledig mis. Op woensdag 8 oktober komt de Belgische sopraan Elise Caluwaerts haar debuutplaat Nightfall voorstellen in de stadsschouwburg van Leuven. Centraal staan de 7 frühe lieder van Alban Berg maar daarnaast bevat de CD ook werken van Richard Strauss, Eisler en enkele werken voor piano solo van Claude Debussy. Kortom, een repertoire dat bestaat uit hoogtepunten van de late Romantiek. Slechts 14,40 euro kost een ticket om deze Belgische topzangeres te komen bewonderen.

Boris Giltburg en het Nationaal Orkest van België
Voor de enkelingen onder jullie die graag op vrijdag eens langer in Leuven blijven hangen is het concert op 17 oktober een ware must. Boris Giltburg, winnaar van de Koningin Elisabethwedstrijd voor piano in 2013 zal dan te horen zijn in het Lemmensinstituut. Bijgestaan door het Nationaal Orkest van België zal hij twee van de Hongaarse dansen van Johannes Brahms (en neen niet de vijfde, die kent iedereen al), diens vierde symfonie en het concerto voor piano en orkest van Grieg brengen. Met achttien euro is het misschien het duurste concert uit deze reeks tips maar laat ons eerlijk zijn, dat is nog steeds geen geld om deze wereldberoemde pianist live aan het werk te zien.

TRANSIT
Tot slot staat aan het eind van oktober TRANSIT op het programma. Een heel weekend (ja, weeral in het weekend. Ik heb ook niet voor de programmatie gezorgd) dat bol staat van de hedendaagse kunstmuziek. Naast de vele moderne klassiekers is er ook ruimte voor creatie en zullen er een heel aantal nieuwe werken van Belgische componisten in première gaan. Zo komt ook Mauro Pawlowski, waarschijnlijk beter bekend als lid van dEUS, samen met het gitaarkwartet Zwerm zijn eigen creatie uitvoeren op 26 oktober. Op vertoon van je cultuurkaart krijg je een ticket voor zes euro. Heb je meer interesse dan kan je net als bij Novecento een TRANSITpas kopen met 60% korting.

Tickets voor alle bovenstaande tips zijn te verkrijgen via deze link. Is je honger na deze vijf aanraders nog steeds niet gestild, ga dan zeker eens kijken op de websites van de Leuvense cultuurhuizen: STUK, 30CC, Festival van Vlaanderen, Lemmensinstituut en Elisabethiade. Zie je jezelf ook op het podium plaatsnemen dan zijn de universitaire ensembles misschien wel iets voor jou.