Reisconcert USO // 7 november 2013

Wat: Reisconcert van het Universitair Symfonisch Orkest
Waar: Pieter de Someraula

Vroeger was ik sceptisch als de aula PDS weer afgeladen vol zat voor het USO-concert. ‘Natuurlijk,’ dacht ik, ‘want iedereen komt hier voor de gratis receptie!’ In de voorbije vier jaar heb ik mijn mening danig bijgesteld. Het USO levert kwaliteit, een aangename sfeer, een interessant programma en als dát je nog niet kan bekoren, heb je nog altijd die schattige Edmond Saveniers die vooraan alles in goede banen leidt. Held.

De avond begon ontspannend, met een Cubaanse Ouverture van George Gershwin. Je weet wel, dat is die man die jazz binnenbracht in de klassieke muziek, met onder andere Rhapsody in Blue. Zoals de presentatrice het omschreef; denk dat je op een zonovergoten terrasje zit met een frisse cuba libre, een Cubaanse sigaar, rumba op de achtergrond en enkele schaars gekleden binken en babs. Het was zwoel, ritmisch en dansbaar – perfect om mee te beginnen.

Voor het tweede stuk haalden ze hun special guest op het podium. Hans De Vos speelde de niet te onderschatten solopartij in het Vioolconcerto in D mineur van Jean Sibelius. Virtuoze viooltrekjes, een verrassend tweede deel dat tussen zachtaardige, hoopvolle en donkere dreigende passages wisselde, een glansrol voor het orkest, dat soms nijdig haar plaats in de spotlights kwam opeisen, … het was zoals het hoorde. De Vos klonk jammer genoeg soms een beetje flauwtjes en mocht gerust wat steviger in de snaar spelen, zeker tijdens de frisse cadenza in het eerste deel.

Bovenop al dit moois moest het moment suprême nog komen. Het USO had ook de Achtste Symfonie van Shostakovich getackled. Of wel, een poging gedaan tot. Deze symfonie moet zowel de ellende als de overwinning van de Tweede Wereldoorlog verklanken, én het persoonlijke verzet van Shostakovich tegen de dictatuur van Stalin. Dit is niet zomaar een symfonie, dit is een emotional trainwreck. De vijf delen zijn een afwisseling van donder en bliksem, misplaatste hoempapa-walsjes, onheilspellende ondertonen, schelle koperblazers en slechts op het einde een kleine schijn van hoop. Een boeiende compositie dus, maar het orkest was niet altijd gelijk en afgewerkt. Voor een orkest dat kwaliteit zo hoog in het vaandel draagt, was het concert nog iets te vroeg om dit programma te berde te brengen. Ik wou dat ik het resultaat kon horen, mochten ze er twee ipv één maand aan gewerkt hebben.

Niettemin, een fijne avond met een boeiend programma. Nimrod uit de Enigma Variations van Elgar was een fijn bisnummer, en de Leffe ging er achteraf ook vlot binnen…